De onvindbare
De onvindbare
het is bitter koud, zelfs
binnen voelt het of de
kille wind vrij spel heeft
en pakkertje met je speelt
in het (veel te) grote bed
waarin je verloren en
klein, niets anders hoort
dan je eigen ademhaling
met opgetrokken benen
tot bijna in foetushouding
zoek je vergeefs naar de
warme handen van de
onvindbare die naar je
omkijkt en je verstijfde
lichaam tegen zich trekt
om het te verwarmen
voor altijd