Droomde mij jou kussen 2
Droomde mij jou kussen 2
mijn hoofd vond anders
niets dan een platte steen
om tegen te rusten en
de koude ruwheid deed
mijn ogen langzaam kieren
stijf verkrampte handen
grepen zich vast in de
hoge walkant, onmachtig
het verkleumde lichaam
uit het water te tillen
tot een warme hand mij
vanuit de diepte komend
beetpakte en bevallige ogen
boven een rode kersenmond
mijn bloed weer deed stromen
fluisterde ze terwijl ze mij los-
trok van de oever, leg je hoofd
maar in mijn armen en de wind
zal de richting wijzen naar huis
haar staart sloeg de golven waar
ik alleen maar willig in haar armen
lag en (tegen beter weten in) hoopte
dat dit geen droom was maar een
werkelijkheid zonder ontwaken
ze bracht mij naar een plaats waar
de oever langzaam glooide en liet
mij zonder een woord te spreken
los, daar waar voeten vaste grond
vonden en ik de wal kon opklauteren
toen ik mij omdraaide om haar te
bedanken was ze verdwenen naar
waar ze vandaan kwam –onvindbaar-
ik mistte haar